CURAÇAO – Sporters met het zweet nog op hun voorhoofd. We trekken ze van het sportveld, van de dansvloer, van de fiets, uit de sportschool of het water. Dit keer met Sebastiaan Opschoor. Zijn grote passie is windsurfen.

Wat doe je hier?
“Ik ben hier om te windsurfen. Als het een beetje lekker waait ga ik op zaterdag en zondag windsurfen. Meestal ga ik dan vroeg, rond 10.00 uur. Ik stop dan in de middag rond 15.00 uur, dan kan ik daarna nog wat biertjes drinken met mijn vrienden.”

Hoe ben je in de sport terecht gekomen?
“Jaren geleden zag ik op de Canarische Eilanden mannetjes van een jaar of 70 windsurfen. Ik besefte me toen dat het een sport is die je je hele leven kan doen. Ik ben eigenlijk in Nederland al begonnen met windsurfen, maar hier heb ik het echt geleerd. Inmiddels ben ik al drie jaar fanatiek bezig.”

Wat is je mooiste sportmoment?
“We zijn een keer bij Zanzibar gaan windsurfen met iets van 30 andere surfers. Het waaide best hard die dag, er was een windsnelheid van 25 knopen. Dat was echt een hele leuke dag.”

Wie is je grote voorbeeld in de sport?
“Ik heb niet echt een grote sportheld, maar wel iemand die mij altijd goed helpt. Ed van windsurfclub St. Joris surft al 30 jaar en staat altijd voor me klaar. Hij geeft tips, pointers en helpt me met mijn techniek. Met zijn hulp kom ik steeds weer een stapje verder.”

Wat is je ultieme doel?
“Uiteindelijk wil ik echt golven kunnen rijden, met mijn windsurfplank over de golven gaan. Dat is helaas vrij moeilijk hier. Er moet echt veel wind voor staan en ik moet zelf ook nog beter worden om dat te kunnen doen.”