CURAÇAO – Het marineschip Hr.Ms. Pelikaan is maandagochtend teruggekeerd op Marinebasis Parera. Vrouwen met kinderen, vrienden, vaders en moeders stonden met smart te wachten. Met zelfgemaakte spandoeken en toeters kregen de bemanningsleden een warm onthaal. 

 “Het is met geen pen te beschrijven wat je daar ziet. Allemaal kapotte gebouwen, verbrande lichamen en wat mij het meest bijgebleven is, zijn de ruïnes met uitstekende lichaamsdelen”, dat vertelt een aangedane luitenant-ter-zee der eerste klasse Maarten Veenstra op de brug van de Hr.Ms. Pelikaan. “De geur was zeer doordringend. Veel mensen liepen met monddoekjes. Je zag de paniek in hun ogen, die mensenmassa’s hebben echt hulp nodig.” Ondanks de vele verhalen over berovingen en spanningen, hebben de luitenant en zijn mannen naar eigen zeggen geen enkele dreiging gevoeld van de Haïtianen, alleen maar dankbaarheid.

Familie
De ouders van Veenstra stonden ook aan de kant te wachten tot hun zoon aankwam. Zij zijn hier sinds afgelopen week en hebben hun zoon al een half jaar niet gezien. “Geweldig dat hij dit heeft gedaan. Wij zijn zeer trots op hem”, aldus meneer en mevrouw Veenstra. Ook de vrouwen zijn trots op hun mannen, maar vinden het fijn dat ze weer terug zijn. “Wij werden goed geïnformeerd door elke avond een nieuwsbrief te krijgen. Dit vond ik heel fijn”, vertelt Diane Jansen.

Werkzaamheden
Bemanningsleden van het schip zijn elf dagen werkzaam geweest met het uitdelen van hulpgoederen en het toegankelijk maken van de haven van Port-au-Prince. Ook is de Hr.Ms. Pelikaan twee keer naar Cuba geweest om nieuwe hulpgoederen te halen. De marine heeft fijn samengewerkt met het Amerikaanse bergingsteam. “Wij hebben ze geholpen waar het kon. De mannen konden een douche nemen bij ons aan boord en wij hebben ze wat te eten gegeven. Ze waren echt heel dankbaar”, zegt Veenstra ter afsluiting